donderdag 27 september 2018

E-bike

Toen we enige tijd geleden schreven dat elektrische fietsen steeds populairder worden, óók bij jonge(re) mensen, was de kritiek niet mals.

De criticasters vonden het maar niets zo’n e-bike. Misschien voor oudere mensen, of mensen met wat fysieke ongemakken, maar zeker niet voor gezonde, fitte, jonge mensen, meenden zij. Gewoon fietsen, geen aanstellerij. Niet lullen, maar poetsen... Zoiets.

Ik had op dat moment nog geen mening over e-bikes. Ik had nog nooit op een e-bike gereden. Ik was hoogstens in de veronderstelling dat fietsen op een e-bike nog maar weinig met fietsen te maken heeft. Ik meende het te kunnen vergelijken met rijden op een snorfiets.

Een vakantie op een van de Waddeneilanden later, weer ik beter. Op ons vakantieadres stond zo’n e-bike, gratis te gebruiken. En ik moet toegeven: ik vond het een hele ervaring. Ik heb heerlijk gefietst. Gefietst, ja. Want fietsen is het. Trap je niet, val je om... En je voelt ook gewoon druk op je benen.

Je hebt alleen wat hulp, trapondersteuning, die je naar believen kunt aanpassen. Ik kon kiezen uit ‘Eco’, ‘Normaal’ en ‘Boost’. Met de wind in de rug koos ik voor ‘Eco’, bij tegenwind voor ‘Normaal’. En was een duin heel hoog of steil, tikte ik ‘Boost’ aan.

Nogmaals; ik heb heerlijk gefietst in de vakantie. Zonder zware of verzuurde benen te krijgen. Waardoor we ook voor grotere afstanden en bij een flinke wind - vaak het geval op de Wadden - voor de fiets kozen. De auto lieten we staan.

Al met al hebben we meer bewogen dan een jaar eerder, toen we niet elektrisch fietsten en we de wind meer dan eens verfoeiden... Niet zo verkeerd, dacht ik.

Overigens heb ik zelf nog een gewone fiets. Die trapt maar zwaar, vind ik nu...

26 september 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 20 september 2018

Champions League

Zoals ik me voor de zomer verheugde op het WK voetbal, heb ik nu ontzettend veel zin in het Champions League-seizoen.

Ik ben ook positief gestemd. Met Ajax en PSV zijn ‘we’ immers met onze beste (nog in Nederland actieve) spelers vertegenwoordigd op het miljoenenbal.

Ik ben heel benieuwd hoe nieuwe sterren als Frenkie de Jong - normaal houd ik er niet zo van als een speler zo bewierookt wordt, maar in zijn geval kan ik er heel goed tegen - Matthijs de Ligt en Steven Bergwijn het er op het allerhoogste niveau van afbrengen. Afgaande op de recente wedstrijd van Oranje tegen Frankrijk verwacht ik er veel van.

Wat me bovendien bevalt, is dat PSV-trainer Mark van Bommel niet voornemens is zich aan te passen aan de tegenstanders. De Eindhovenaren gaan ‘hun eigen spel’ spelen. Spel dat ook de defensie van Barcelona pijn kan doen. En lukt dat niet, wordt de ploeg in ieder geval op waarde geklopt.

Maar het kan natuurlijk ook allemaal tegenvallen. Zoals het WK voetbal qua kijkplezier ook niet meeviel. In dat licht bezien is het goed te weten dat dit stukje voor de aftrap van PSV’s wedstrijd (dinsdag om 18.55 uur!) geschreven is...

19 september 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 13 september 2018

Pijn

©Wikimedia Commons
De pijn diende zich 24 jaar geleden voor het eerst aan.
Aanvankelijk uitsluitend ná de wedstrijd, in de liesstreek. Vervolgens was hij er ook tíjdens wedstrijden en trainingen. Weer later was hij er daags - of zelfs enkele dagen - na de wedstrijd en/ of training nog steeds.
En uiteindelijk was hij er altijd, overal in en rond het bekken. Ook als er niet gesport werd of was.
Maar binnenkort scheiden onze wegen, wordt de pijn uit mijn lijf gesneden. Ik krijg een heupprothese. Een nieuwe heup, van titanium.
Ik verheug me niet op operatie en revalidatie, maar word hier wel heel blij van. Ook al zal het best even wennen zijn. De pijn is in al die jaren toch een deel van mijn identiteit geworden.
Het hoort bij me dat ik moeite heb mijn veters te strikken, regelmatig de slaap niet kan vatten, ‘s ochtends nogal stram ben, nauwelijks fatsoenlijk kan bukken, niet langer dan een halfuur zonder overdreven hinder kan wandelen en het lijf voller en voller wordt.
Ik wijt deze klachten aan de artrose. Voor een belangrijk deel terecht, dat zeker. Daarover liet de vorige week gemaakte röntgenfoto weinig twijfel bestaan.
Maar, het kost me moeite dit op papier te zetten, ik ben inmiddels een man van middelbare leeftijd. En ouderdom komt met gebreken... Een nauwelijks te stoppen proces.
Hoewel? Dat ik zwaarder en zwaarder word, heeft niets met mijn leeftijd te maken. Het zou zelfs laf zijn dit volledig aan mijn fysieke beperkingen toe te schrijven. Daarvoor eet ik (te) graag lekker en regelmatig te veel.
Conclusie: dat alsmaar zwaarder worden, is een wél te stoppen proces. Zeker als ik straks wat vrijer kan bewegen.
Geen excuus meer.
Gelukkig is er een wachtlijst...

12 september 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 9 augustus 2018

Zomer

©Pixabay

Ik houd van de zomer. Ik kan ook goed tegen de warmte. Omdat ik tijdens een hittegolf geboren ben, zeg ik wel eens.

Onzin, natuurlijk. Los van de vraag of er wetenschappelijke onderbouwing voor deze bewering is, was het op mijn geboortedag maximaal 24,4 graden (gemiddeld 20,1). Geen hittegolf dus. Ik heb het nagezocht.

Een plausibeler verklaring is dat ik snel transpireer. Dat goed zweten belangrijk is voor het op peil houden van de lichaamstemperatuur staat wél vast. Misschien dat ik daardoor ook niet zo heel veel moeite heb met actief zijn in de zon. Sterker, ik maak liever een flinke wandeling met de hond dan dat ik vol in de zon aan een tafel moet zitten.

‘In rust’ zoek ik dan ook vrijwel altijd de schaduw op. Slechts na een verkoelende duik te hebben genomen, vind ik het lekker in de zon te zitten. Of nog beter: slapen. Tot ik opgedroogd ben. “I airdry”, zou Rod Tidwell uit ‘Jerry Maguire’ zeggen.

Toch kom ik langzamerhand in gewetensnood. Ik associeer dit weer namelijk wel heel nadrukkelijk met vakantie. Niet handig, als je nog moet werken.

De wroeging wordt versterkt door de wetenschap Nederland zucht onder een tekort aan (regen)water. Er is serieus sprake van een watertekort. De droogte treft onder meer boeren en telers. Serieuze neerslag is meer dan welkom.

Maar oh, wat zou ik graag nóg een paar weken vooral korte broek, T-shirt en slippers (geen teenslippers maar de welbekende Adidas-slipper) dragen. Ik ga namelijk nog op vakantie. In eigen land.

8 augustus 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 2 augustus 2018

Tour de France

©Pixabay


Met een vader die stilte verordonneerde als Gerrie Knetemann op NOS Radio Tour de France zijn licht over de etappe liet schijnen, was er geen ontkomen aan.

Zelfs op vakantie hadden we vaak een of ander radiootje - op zakformaat met koptelefoon - binnen handbereik. Ik sluit niet uit dat we die vakanties daarom in Brabant of Zeeland vierden in plaats van in het buitenland. Verder keken we zoveel we konden tv en plozen we de kranten, met alle klassementen, uit.

Het waren de gouden tijden van het Nederlandse wielrennen. Nederlanders eindigden in zomaar als tweede, derde en vierde (Zoetemelk, Van der Velde en Winnen) in het algemeen klassement, de TI Raleigh-ploeg van Peter Post domineerde onder meer in de ploegentijdritten en mijn favoriete renner was ‘wegkapitein’ Henk Lubberding (met zijn wapperende manen!).

Zo lang ik me heugen kan, volg ik de Tour de France. Het evenement blijft boeien. Ook al is in 4 decennia ontzettend veel veranderd. Ten goede vooral. Het wielrennen is een mondiale sport geworden, de doping is uitgebannen (toch?!) en de sport wordt alsmaar mooier in beeld gebracht.

Uiteraard zijn er ook ontwikkelingen ten kwade. Zo wordt het koersverloop tegenwoordig in het laboratorium bepaald...

Maar van de grootste verandering werd ik bewust toen ik vrijdag iets na 17.00 uur mijn vader belde. Dumoulin had zojuist Froome gelost en reed met een ‘geïsoleerde’ Thomas, Roglic en Kruijwijk naar boven.

“Spannend, hè”, riep ik in mijn enthousiasme.

“Ik kijk even niet. We zijn aan het eten”, antwoordde pa.

1 augustus 2018 gepubliceerd op hskrant.nl

donderdag 26 juli 2018

Ditjes en datjes

©Pixabay
Met bewondering zag ik 70-plusser Jan allerlei gesprekken aanknopen.

Het ene moment vertelde hij honderduit over de Formule 1, het andere luisterde hij vol belangstelling naar een relaas over het voor de barbecue meegebrachte vlees.

Vlees afkomstig van een boer die zelf slachtte, meende ik op te vangen. Zoals ik wel meer opving. Zelf leverde ik namelijk nauwelijks een bijdrage aan de conversaties van het gemêleerde gezelschap.

Reden: ik beheers de kunst van het praten over koetjes en kalfjes niet. Weet nooit wat te zeggen... En dus ben ik niet goed in grote gezelschappen. Zeker niet wanneer ik het gros van de aanwezigen niet zo heel goed ken.

Alleen als een gespreksonderwerp me écht interesseert, kom ik los. Maar o wee als mijn gesprekspartner genoeg heeft van dat onderwerp... Dan stokt het gesprek onmiddellijk. Tenzij hij of zij blijft praten...
Ik verwacht niet het ‘small talk-kunstje’ ooit nog onder de knie te krijgen, maar kan er mee leven. Dat neemt niet weg dat ik het spijtig vind minder sympathiek over te komen dan ik (uiteraard) ben.

Iets meer ‘Jan’ zou daarom toch best fijn zijn.


25 juli 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 19 juli 2018

Burgemeester

Adriaan Hoogendoorn. ©Marc Jansen
Midden-Groningen heeft een nieuwe burgemeester: Adriaan Hoogendoorn.

Wij van de pers mochten vrijdag in een wat informele setting nader kennismaken.
Niet dat ik er verstand van heb, maar de 60-jarige Hoogendoorn lijkt mij wel opgewassen tegen zijn taak. Hij is meester in de rechten, heeft heel veel ambtelijke en de nodige bestuurlijke ervaring, wekt niet de indruk snel van slag te zijn en lijkt bovendien een sympathiek mens.
Dat een burgemeester behalve ‘dé burgemeester’ ook mens is, had ik als klein kind nog niet door. De burgemeester was in mijn ogen even onbereikbaar als bijvoorbeeld de koningin. Al zag ik de burgemeester nog wel eens in het echt, als ik van school langs het gemeentehuis naar huis liep bijvoorbeeld. De koningin kwam uitsluitend in de roddelbladen van mijn moeder en op de blikjes pepermunt van mijn oma voorbij...
Ook later bleef de burgemeester lange tijd ‘dé burgemeester’ voor me. Zelfs nog toen we een burgemeester hadden wiens kinderen op dezelfde school zaten als ik en hij lid was van dezelfde tennisvereniging als ik.
Dé burgemeester. Dat was die man die altijd in pak liep, gedistingeerd grijs was (zelfs z’n sik) en zo bijzonder welbespraakt was. Hij klonk ook anders dan wij. Had een ander accent.
Ik hield ontzag. Tot die keer dat ik moest invallen in zijn tennisteam; ik zal een jaar of 14, 15, 16 geweest zijn. Of ik goed gespeeld heb, weet ik niet meer. Ik betwijfel het.
Wel herinner ik me maar al te goed hoe hij zich na afloop, in de kleedkamer, ontdeed van zijn bezwete shirt. Wat bleek? Onze burgemeester was gewoon een wat te dikke man van middelbare leeftijd! De vader van 3 kinderen die ik kende. Een vader zoals de mijne... Aardige man wel.

donderdag 12 juli 2018

Hotel Zigterman


Hotel Zigterman. ©Marc Jansen
Hotel Zigterman in het Adriaan Tripbos. ©Marc Jansen
Vraag me niet om een inhoudelijk oordeel over ‘Hotel Zigterman’, het theaterspektakel in het Adriaan Tripbos. Daarvoor heb ik te weinig (geen) verstand van toneel; ik zou mezelf geen liefhebber willen noemen.
Ik houd het simpel: ‘Hotel Zigterman’ heeft me donderdag een heel leuke avond bezorgd. De belofte van een
humoristische voorstelling over een bruiloft in een hotel kwam volledig uit. Ik heb heel veel gelachen. Hardop zelfs, een zeldzaamheid in mijn geval.
Zelfs, of misschien wel juist, om de wat meer voorspelbare grappen in het stuk en het kolderieke optreden van de ‘keukenploeg’ moest ik lachen. Waarbij het stevig aangezette Groningse accent van enkele van de hoofdpersonen héél goed werkte. Omdat ze de voorstelling daarmee een geheel eigen, (Midden-)Groninger smoel gaven misschien, een ons-kent-ons-gevoel creëerden?
Ik was daarnaast onder de indruk van de totale ‘happening’, de productie zo u wilt. Van de aankomst bij het Tripbos (’Komt u voor de bruiloft?’) tot de wandeling terug naar de fiets over het met tientallen olielampen verlichte pad, van de corsages voor alle ‘bruiloftsgasten’ tot de dekens tegen de oprukkende kou; alles was perfect geregeld.
Het Adriaan Tripbos bleek bovendien een perfecte plek om handen en voeten te geven aan de hersenkronkels van auteur Jan Veldman. Waar anders had het bruidspaar per boot kunnen arriveren, hadden crossmotoren de bruiloft kunnen verstoren, hadden de ouders van de bruid een bizarre entree met jeep kunnen maken en hadden kikvorsmannen een staatsgevaarlijke gek kunnen oppakken?!
Voor herhaling vatbaar, wat mij - de niet toneelliefhebber - betreft.

11 juli 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 5 juli 2018

Bazen


We reden op de A7 richting Afsluitdijk, toen het verkeer kort na Heerenveen stokte. Alle weggebruikers werden door een elektronisch signaalbord gesommeerd de rechterweghelft te verlaten en links te gaan rijden.
Een lang lint was het snelle gevolg. Stilstaan, of hooguit stapvoets rijden.
Dit verleidde menig weggebruiker ertoe de linkerweghelft te verlaten, rechts de rij voorbij te snellen en zo laat mogelijk te ritsen. In een enkel geval met opgestoken middenvinger.
Het zou niet lang meer duren of er zou een serieuze file ontstaan, en de A7 zou weer eens het filenieuws halen.
Tót 2 circa 100 meter achter ons rijdende vrachtwagenchauffeurs ingrepen.
Naast elkaar de (tijdelijke) maximumsnelheid rijdend, of misschien zelfs iets langzamer, beletten ze de ongedurigen onder de weggebruikers de rechterweghelft te kiezen.
Ritsen was daarmee voor iedereen het devies geworden. En konden alle weggebruikers, niet alleen de ‘Sjonnies’, doorrijden. Langzaam, maar toch.
Hulde voor de truckers, derhalve.
Letterlijk en figuurlijk de bazen van de weg.

4 juli 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 28 juni 2018

Hunting for the ball

Het WK voetbal is al bijna 2 weken onderweg en ik heb pas 3 wedstrijden van begin tot eind gezien.
Ik blijf namelijk alleen kijken als ik het een leuke wedstrijd vind, er in mijn ogen goed gevoetbald wordt én ik het spannend vind.

Volgens deze geheel subjectieve criteria behoren de beide wedstrijden die Duitsland tot nu speelde tot de wedstrijden die ik helemaal uitgezeten heb. Het bevreemdt me daarbij dat ik het bijzonder leuk vond dat Mexico ‘die Mannschaft’ klopte en dat ook Zweden bijna stuntte tegen de regerend wereldkampioen.

Niet omdat ik Duits bloed heb (mijn oma had een Duitse moeder) en daardoor pro-Duits ben, maar omdat Duitsland bijzonder leuk voetbal speelt.

Op papier spelen de Duitsers in een zogeheten 1-4-2-3-1-formatie, met maar liefst 4 verdedigers derhalve, in de praktijk vallen ze met zeker 8 man aan. Met ontzettend veel beweging, snelheid, overlap en ook individuele klasse proberen ze de tegenstander murw te beuken. De 2 verdedigers die overblijven staan daarbij ter hoogte van de middellijn, doelman Manuel Neuer amper 20 meter daarachter.

Het zou me van trots vervullen wanneer het Nederlands Elftal deze overrompelingstactiek zou hanteren. Zoals we ooit wel deden, in 1974 (kijk maar eens naar het filmpje ‘NETHERLANDS OF 1974 HUNTING FOR THE BALL | The hard pressing of Total Football’ op YouTube).

Dat we ook toen niet wonnen, doet er voor mijn eigenlijk niet toe.

27 juni 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 21 juni 2018

2 linkerhanden

Waarom hebben we dit gedaan? Wat heb ik dat de voorbije weken vaak gedacht.

‘Dit’ is een terrasoverkapping kopen. Een rib uit ons lijf, zo’n ding. Maar daar ga ik niet moeilijk over doen. We leven immers hier en nu.

Veel vervelender vind al het werk dat er achter weg komt. Niet omdat ik lui ben, maar wel omdat ik bepaald niet goed in deze klussen ben. Of er op z’n minst heel onzeker over ben.

Zo moesten we ter voorbereiding op het plaatsen van de veranda een stukje van 3 bij 1,5 meter van een border afgraven en bestraten. Ik redde me nog wel met het afgraven en afvoeren van de zwarte grond naar andere delen van de tuin, het plaatsen van het gele zand en het ‘afleveren’ van de klinkers; ook al kon mijn krakkemikkige lijf dit werk maar matig waarderen. Voor het egaliseren en het bestraten echter, moest hulp ingeschakeld worden (bedankt, Simon).

Verder hadden we bedacht, omdat we ‘het dan maar beter meteen goed kunnen doen’, onze oude, verzakte schuttingen te vervangen voor nieuwe schuttingen met een goed af te sluiten ‘poort’ (onze ontsnappingsgevaarlijke husky opent deuren). Niet te doen voor iemand met 2 linkerhanden. Hulp van een ter zake kundige klusser was dus opnieuw essentieel (bedankt, Jaap).

Vervolgens kon de terrasoverkapping geplaatst worden. Een makkie voor de medewerkers van het montagebedrijf. Paar uurtjes werk. Maar de HWA (hemelwaterafvoer, leerde ik) en de elektriciteit (voor de led-verlichting) werden uitsluitend getest, niet aangesloten. Een nieuwe reden om hulptroepen in te schakelen (bedankt, Adrie).

En nog steeds zijn we er niet, kunnen we nóg niet achterover leunen onder onze overkapping. Her en der moet namelijk nog wat bestrating bijgewerkt werden. Een niet zo heel grote klus. Maar wel voor mij.

Had ik maar 2 rechterhanden... Wat heb ik dát de voorbije weken vaak gedacht.

20 juni 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 14 juni 2018

Rotdag


Ik mis haar nog steeds.
Niet dagelijks. Misschien niet eens elke week. Maar toch wel heel regelmatig.

We hebben dan ook best veel meegemaakt samen. Bijna 13 jaar deelden we lief en leed. Ze was er immers altijd. Onvoorwaardelijk trouw als ze was.

Wat blijft, zijn de herinneringen. Mooie herinneringen, vooral. Aan de vakanties op Terschelling bijvoorbeeld. Dan was ze het gelukkigst, genoot ze van het spelen in de zee, het samen zijn op het strand en het ravotten in de bossen.

Uiteraard waren er ook minder fijne momenten. Zoals wanneer haar wagenziekte weer eens opspeelde of de ‘ongelukjes’ in de nacht.

Wat hebben we de arme ziel er om vervloekt. En wat stemt de gedachte daaraan me weemoedig...



Het is vandaag precies 1 jaar geleden dat we onze golden retriever Zizou - stamboomnaam Lady Zizou of the Hazy Moors - hebben laten inslapen. Ze kon niet meer, was op.

13 juni 2017. Wat een rotdag was dat!

13 juni 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 7 juni 2018

WK zonder mythes

Hoewel Nederland ook toen niet meedeed, kon ik me als puber enorm verheugen op het WK voetbal van 1986.

Dat WK stelde me namelijk in staat de beste voetballers van de wereld eindelijk eens een hele wedstrijd in actie te zien. Op een enkele Europese wedstrijd (zo succesvol waren ‘we’ die periode niet) en een interland na, werden in die tijd immers vooral nog samenvattingen uitgezonden. Jaarlijks hoogtepunt was de Engelse Cup Final, die ook op de Nederlandse televisie rechtstreeks uitgezonden werd.

We kenden derhalve vooral de spelers uit de Nederlandse eredivisie en de Duitse Bundesliga (zaterdag 18.10 uur: Sporschau). Diego Maradona was weliswaar mijn idool, maar dat was uitsluitend op basis van (korte) samenvattingen, flarden en verhalen; Youtube bestond nog niet.

Het WK was daarom letterlijk iets bijzonders. Met behalve Maradona, die de mythe meer dan bevestigde, mannen als Enzo Francescoli (Urugay), Enzo Scifo (België), Zico (Brazilië) en Michael Laudrup (Denemarken). In mijn ogen prachtige voetballers die je in de samenvattingen van de NOS op zondag niet voorbij zag komen.

Hoe anders is het nu. Wie wil, kan Lionel Messi, Christiano Ronaldo, Neymar Jr. en al die andere topvoetballers wekelijks zien uitblinken bij hun clubs. Hun wedstrijden worden altijd wel ergens uitgezonden. Van mythes is geen sprake meer. Ze kunnen hoogstens nog ontkracht worden.

Toch verheug ik me op het WK dat volgende week begint.

6 juni 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 31 mei 2018

Reünie

De kampioenen van 1985 met shirtsponsor Dino Pintus (links).
“Hij is niets veranderd.”
“Het is nog net als toen.”

Uitspraken die iedereen die wel eens een reünie bezocht heeft waarschijnlijk bekend voorkomen.

Ook zaterdag, tijdens de reünie van het C-juniorenteam waarmee ik in 1985 kampioen werd, werden ze veelvuldig gebezigd. Terecht, constateerde ik vanaf precies dezelfde plek in de kleedkamer als toen.

Want hoewel allemaal 33 jaar ouder, de verhoudingen waren ongewijzigd. Zij die vroeger het hoogste woord hadden, hadden dat nu ook. De grappenmakers van toen hadden ook nu de lachers op hun hand. De ‘pispaaltjes’ van destijds waren daarbij ook ditmaal meestal de pineut. En zij die zichzelf in 1985 al wegcijferden voor het teambelang, liepen nu af en aan met bier.

Was er dan helemaal niets anders? Zeker wel! Met name in fysiek opzicht. De meesten van ons waren enkele (of zelfs vele) tientallen kilo’s zwaarder dan toen we 13, 14 waren. Bovendien waren we stuk voor stuk grijzend of kalend (of beide) en vertoonde menigeen wat gebreken.

Minpuntje was dat te veel van onze groep dikke veertigers (of: bijna vijftigers) inmiddels reden hebben zich zorgen te maken om de gezondheid van (een van) zijn ouders. Een enkeling heeft zelfs al een ouder verloren...

Hier stond gelukkig heel veel meer of minder pril vadergeluk tegenover.

Zoals de kringloop van het leven betaamt.

30 mei 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 24 mei 2018

Wat als..?

©Pixabay
Ik voel mijn hartslag in m’n hals. Hard en snel...
Mijn trillende vingers hebben moeite de juiste letters te vinden...

Dat was even schrikken geblazen, zojuist op de A7. De witte bestelauto die op de linker weghelft voor me reed, remde ineens wel heel hard af...

Niet plotseling gelukkig, maar vrij gelijkmatig. Waardoor ik ook kon remmen en er niet achterop knalde (en de automobilist achter mij niet op mij et cetera).

Nog niet eens helemaal tot stilstand gekomen, zag ik rechtsvoor me een of andere meterslange pvc-buis over de weg stuiteren.

Een op dat moment rechts voorbijkomende auto probeerde deze nog te ontwijken, week uit naar rechts, maar kon er niet meer omheen. Met zijn wielen reed hij de buis aan gruzelementen.

Een blik naar voren leerde dat de pvc-buis afkomstig was van de imperial (heet zo’n ding nog steeds zo?) op het dak van de bestelauto voor me.

Daar lagen nog meer van die buizen. Niet zo heel stevig meer, overigens. Ze waren flink naar voren geschoven.

De bestelauto schoot naar links, waar wat ruimte was, en hield daar halt. Ik gaf gas en reed voorzichtig door.

Met bonkend hart en trillende handen realiseerde ik me geluk te hebben gehad.

Hoe alles in een paar seconden heel anders kan zijn.

Want wat als die buis niet naar voren maar naar achteren geschoten was?

Was als die buis niet uitgestuiterd geweest was op het moment dat de auto rechtsvoor me haar raakte..?

Nu koffie...

23 mei 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 17 mei 2018

Liefhebber of leek

Ik ben een groot sportliefhebber. Ik ben daarbij breed georiënteerd, vind veel sporten interessant. Dat wil niet zeggen dat ik van iedere sport evenveel weet.
Bepaald niet zelfs, merkte ik vorige week maar weer eens, toen ik op uitnodiging van collega Marcel bij Donars eerste wedstrijd in de halve finale van de play-offs om het landskampioenschap was.
Waar ik Groningens basketbaltrots ‘gewoon’ met 96-77 zag winnen van Rotterdam, wond vaste supporter Marcel zich op over het in zijn ogen vaak matige spel van de regerend landskampioen. Hij mopperde bovendien met enige regelmaat over al dan niet door de arbitrage geconstateerde overtredingen. Overtredingen die ik vrijwel nooit als zodanig herkende. Omdat ik de spelregels niet (goed genoeg) ken.
Ik voelde me een leek. Ik bén een leek. Langs de lijn van het voetbalveld heb ik vrij snel in de gaten of een ploeg bijvoorbeeld 4-3-3, 4-4-2 of 5-3-2 speelt. In MartiniPlaza herkende ik geen van de patronen waarmee de beide ploegen elkaar te lijf gingen. Terwijl die er absoluut waren. Zeker in het geval van Donar, dat meer dan eens via een compleet vrijstaande man tot scoren kwam.
Maar deze leek genoot wel...Van het wedstrijdelement uiteraard, maar ook van de vele juichmomenten, de interactie van de spelers met het publiek, de strakke planning, de cheerleaders tijdens de time-outs en pauzes, de geringe afstand tot het veld én, chauvinistisch als ik ben, de winst van de Groningers.

donderdag 10 mei 2018

Oud en wijs genoeg

Omdat hij een voetballoos weekend had, konden ze eindelijk eens een weekend weg. Met z’n tweeën (plus hond).

De beide kinderen - oud en wijs genoeg - bleven thuis. Voor het eerst. Dit bezorgde hem noch haar emotionele stress. Wel wat praktische zorgen. De kinderen waren immers best verwend.

Niet dat ze altijd maar hun zin kregen - als het ‘nee’ was, bleef het ‘nee’ -- maar actieve deelname in het huishouden werd niet van ze verwacht. Met meedraaien in het honden-uitlaat-schema hield het wel op.

Kort voor vertrek trokken ze de conclusie dat het leven thuis voor de kinderen maar weinig verschilde van een voltijds verblijf in een all inclusive 5-sterren-hotel. Al was het maar omdat ze die koters op de valreep nog moesten uitleggen hoe de vaatwasser in en uit te ruimen (zelfs dat deden ze nooit) en hoe de wasmachine werkt

Gelukkig was er de mobiele telefoon. Ze maakten instructiefilmpjes en plaatsten deze in de honden-uitlaat-groepsapp.

En een kind kon de was doen (na een telefoongesprekje over de bewaarplek van het wasmiddel).

9 mei 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 3 mei 2018

Jaffapompen

Uitleg in het ketelhuis van het Ir. D.F. Woudagemaal. ©Marc Jansen
“Het interesseerde me niet. Dus snapte ik er niets van”, antwoordde ik op de hoe-was-het-vraag.

“Of interesseerde het je niet omdat je het niet snapte”, kaatste zoonlief de bal terug.

Gespreksonderwerp was mijn bezoek die dag aan het Ir. D.F. Woudagemaal bij Lemmer.

Met de collega’s van de pak ‘m beet 50 nieuws- en weekbladen die NDC mediagroep uitgeeft. Zoals we eens per jaar zo’n zogenaamde redacteurendag hebben. Liefst op een bijzondere locatie.

Het in 1920 in gebruik genomen Ir. D.F. Woudagemaal is zo’n plek. Het grootste, nog werkende stoomgemaal ter wereld is een adembenemend mooi gebouw, in de stijl van de Amsterdamse School, dat niet voor niets op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat.

Het Ir. D.F. Woudagemaal. ©Marc Jansen
De moeite van het bezoeken waard. Dat meen ik echt.

Echter, eenmaal in het ketelhuis en de machinehal van het gemaal raakte ik mijn belangstelling voor het verhaal van onze gids kwijt. Heel leuk om even rond te kijken, en wat plaatjes te schieten, maar het boeit mij simpelweg niet dat de stoommachines en vliegwielen acht ronde centrifugaalpompen (of: Jaffapompen) aandrijven die per dag ongeveer 6 miljoen kubieke water verplaatsen - dit laatste is geen parate kennis maar komt van het internet.

Dergelijke feiten zeggen mij niets. Ik zie de bijzonderheid ervan niet.

Ik denk dat zoonlief gelijk heeft...

2 mei 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 26 april 2018

Cliché

Foto: Isa Jansen
Om maar eens een cliché te gebruiken: geluk zit in kleine dingen.
In het ontwaken bij het geluid van tjilpende vogels. In het uitlaten van de hond zonder je schrap te hoeven zetten tegen kou/ wind en/ of regen. In de simpele kledingkeuze: een T-shirt.

In de zonnestralen op je huid. In dat witbiertje in de tuin. In het vrolijke gemoed van de medemens. In die spontane barbecue met het gezin.

In dat steekijsje voor een euro. In voetbaltraining geven in de korte broek.

In het lengen van de dag.

In een zonovergoten week als de vorige regent het voor mij geluksmomenten. Toch wil ik ook in zo’n week wel eens mopperen of chagrijnig zijn. Maar dat is niet echt. Ik doe alsof. Omdat een ander gezegde wil dat overdaad schaadt, te veel van iets schadelijk is.

En ik wil mijn geluk niet verspelen...

25 april 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 19 april 2018

Gevoelsmens

Foto: Pixabay
‘Iemand die in zijn doen en laten meer bestuurd wordt door het gevoel dan door het koele verstand.’

Aldus omschrijft Van Dale het woord ‘gevoelsmens’. Weinigen zullen mij als zodanig typeren. Terecht, dunkt me. Ik ben meer van het wikken en wegen (piekeren) dan van het impulsief handelen.

In het ‘normale leven’ in ieder geval. Tijdens het sporten ligt de emotie wat (veel) dichter aan de oppervlakte. Zeker in mijn jeugdjaren wilde ik nog wel eens ondoordacht handelen. Meer dan eens ben ik als ukkie huilend van het voetbalveld gekomen. Ook wilde ik nog wel eens met mijn tennisracket gooien (smijten) als het niet naar behoren ging.

Met het verstrijken der jaren ben ik echter ook waar het de sport betreft (veel) rustiger geworden. Ik gooi niet meer met slippers of afstandsbedieningen in de richting van de televisie bij een nederlaag van het Nederlands Elftal. En ook als trainer/ coach van een jeugdvoetbalteam schiet ik niet meer om de haverklap uit mijn slof.

Dit betekent niet dat ik gevoelloos geworden ben. Dat bleek zondag wel toen twee van ‘mijn jongens’ mochten debuteren in het eerste elftal. Ik was trots als een aap met zeven…

En dáár schaam ik me niet voor!

18 april 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 12 april 2018

Ondernemend

Steven Klein Nijenhuis. Foto: Marc Jansen
Wat hebben Steven Klein Nijenhuis, Jordi Hillenga en Max Holthausen gemeen?

Inderdaad, ze timmeren alle drie behoorlijk aan de weg. Steven Klein Nijenhuis runt het enige Groninger restaurant met een Michelinster. Jordi Hillenga bedacht (en verkocht) de pizza-automaat, waardoor hij in 2016 tot de 25 meest veelbelovende ondernemers onder de 25 jaar werd gerekend. Max Holthausen werd dankzij zijn Hesla, een Tesla op waterstof, genomineerd voor de titel ‘Groninger van het Jaar’.

Nog een overeenkomst: geen van deze drie oud-leerlingen van het dr. Aletta Jacobs College rondde een vervolgopleiding af. Maar het gaat te ver om te spreken van een oorzakelijk verband. Ze zijn niet succesvol omdat ze zijn gestopt met school. Ze zijn succesvol ook al zijn ze gestopt met school. Klein Nijenhuis, Hillenga en Holthausen zijn de uitzonderingen die de regel bevestigen.

De drie danken hun succes voor een heel belangrijk deel aan een voor het ondernemerschap essentiële eigenschap: ze zijn letterlijk ondernemend. Steven Klein Nijenhuis startte zijn carrière in de horeca om geld te verdienen voor een wereldreis. Onderweg maakte hij kennis met de kruiden en bereidingen uit het Verre Oosten, tegenwoordig een pijler van zijn kookstijl. Max Holthausen was nog maar een puber toe hij een telefoon- en tabletreparatiedrijf startte. Jordi Hillinga verkocht al op zijn achtste dvd’s.

Daarom ben ik niet van plan mijn kinderen te adviseren na ‘het Aletta’ te stoppen met school. Zij zijn niet zó ondernemend. Zullen ze wel van hun vader hebben…

11 april 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 5 april 2018

Appels en peren? |

Beeld: Pixabay
Het hart van een leeuw.
De longen van een renpaard.
Een kop van beton.

NOS-commentator Herbert Dijkstra kwam zondag superlatieven tekort om de 33-jarige Nikki Terpstra te typeren.

Terecht. Terpstra had zojuist op indrukwekkende wijze de Ronde van Vlaanderen gewonnen. De Noord-Hollander kwam alleen over de streep na een solo van 18 kilometer.

Meest memorabel moment voor mij (als televisiekijker) was Terpsta’s blik toen hij achter de Italiaan Nibali, die vanuit de achtervolgende groep de jump naar de kopgroep wilde maken, aanreed. Wie ooit het begrip ‘focus’ wil verbeelden, kan dat moment gebruiken. Nadere uitleg is dan niet meer nodig.

Minstens zo veelzeggend was een moment kort na de finish. Terpstra was als winnaar verplicht op te draven voor een ‘flash-interview’, een kort interview. Draven zat er echter niet meer in. Ondersteund door een soigneur (denk ik), kon hij zich ternauwernood staande houden. De man was overduidelijk steen- en steenkapot na bijna zesenhalf uur ‘koers’.

Ik moest toen even denken aan de enkele maanden oudere Robin van Persie. De Feyenoord-vedette zag dezelfde dag vanaf de tribune hoe zijn club met 5-0 won van stadgenoot Excelsior. Vanaf de tribune… Van Persie was nog niet hersteld van iets meer dan een halve wedstrijd voetballen tegen PEC Zwolle twee weken eerder.

Nikki Terpstra reed vier dagen voor de Ronde van Vlaanderen nog een andere koers, Dwars door Vlaanderen (180,5 kilometer). Hij finishte – na ruim vier uur – als negende…

Of is dit appels met peren vergelijken?

4 april 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 29 maart 2018

Ieder pondje

Foto: Pixabay
Behalve ouder word ik steeds grijzer en vooral ook zwaarder en zwaarder.

Hoewel ik het laatste het liefst volledig zou toeschrijven aan mijn versleten heup en het daarmee gepaard gaande onvermogen aan (duur)sport te doen, weet ik heus wel dat er nog een oorzaak is. Zoals een oud gezegd luidt: ieder pondje gaat door het mondje. En ik houd nogal van lekker eten. Ik ben ook heel goed in (te) veel eten.

Dus toen we op uitnodiging van mijn ouders zeer luxe uit eten gingen, was ik gewaarschuwd vooraf goed (lees: genoeg) te eten. De verwachting was (waarschijnlijk terecht) dat ik niet genoeg zou hebben aan de ‘kleine hapjes’ die geserveerd zouden worden.

Niets was echter minder waar. Ik heb met volle teugen genoten van achtereenvolgens amuse, voorgerecht, tussengerecht, hoofdgerecht en dessert. Vooral de gravad lachs (of lax) – een Scandinavisch gerecht, las ik later – en de salade niçoise konden mij bijzonder bekoren.

Of het voldoende (qua hoeveelheid) was, deed eigenlijk helemaal niet ter zake. Omdat iedere hap zo de moeite waard was de tijd voor te nemen.

Woensdag 28 maart 2018 gepubliceerd in de HS-krant.

donderdag 22 maart 2018

Ontdekkingsreis

Samen met collega’s van andere media en enkele bestuurders met de Harmanni 94 van het Nationaal Bus Museum over klei, zand en veen getoerd.

In het kader van een ‘ontdekkingsreis’ door de nieuwe gemeente Midden-Groningen, een ideetje van Marketing Midden-Groningen.

En een ontdekkingsreis was het. Dat met de naam Borgweg niet naar een borg maar naar het borgen tegen water – met links het Gorecht en rechts Fivelingo – verwezen wordt, was mij bijvoorbeeld totaal onbekend. Hesselinkslaan in Westerbroek kende ik evenmin. En ik wist ook niet dat het water in Borgmeren tot 22 meter diep is, er ooit een borg (Klein Martijn, een verwijzing naar de Martinitoren) in Harkstede stond en Scharmer een kruisherenklooster had.

Zo kan ik nog wel even doorgaan. Dat ‘we’ hier drieduizend jaar geleden al een Flevomeer hadden? Onbekend. Dat Lageland letterlijk het laagste plekje van de provincie Groningen is? Geen idee. Dat een (meanderende) weg óver de bodem van het riviertje de Fivel voert? Verbazingwekkend. Dat vijftien generaties boerden in boerderij Hoog Hammen (van ‘Hollands Hoop’). Wist ik niet. Dat de Fraeylemaborg, zoals het een echte Groninger borg betaamt, twee grachten heeft. Nooit erg in gehad.

Marketing Midden-Groningen en reisleider/ gids Jan Helmers worden bedankt. Ik weet bar weinig. Wat een trieste ‘ontdekking’.
Jan Helmers vertelt over de Fraeylemaborg. Foto: Marc Jansen

Woensdag 21 december 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 15 maart 2018

De Cirkel

Online winkelen wordt steeds populairder. Bij ons thuis ook. Zeker nu beide kinderen een bijbaantje hebben, gaat er bijna geen dag voorbij dat er niet een wit busje iets komt bezorgen.

Na mijn meest recente online aankoop viel me op dat ik bij het eerstvolgende internetbezoek vooral advertenties zag voor producten die op mijn zoektocht voorbij gekomen waren. Dat dit internetbezoek op de laptop plaatsvond, terwijl ik voor de online aankoop de telefoon gebruikt had, bleek daarbij niet relevant.

Het deed me sterk denken aan ‘De Cirkel’ van Dave Eggers, een boek dat ik las in 2014 – ik ben zo iemand die de aanschafdatum in het boek schrijft. In deze roman krijgt een jonge vrouw een baan bij De Cirkel, het machtigste internetbedrijf ter wereld. De persoonlijke e-mails van de gebruikers, hun sociale media, betalingsverkeer en aankopen zijn met elkaar verbonden door een universeel besturingsprogramma. Het uiteindelijke doel is het rondmaken van de cirkel, volledige kennis van elke burger hebben.

Hoewel dit verhaal is ontsproten aan iemands fantasie, zou ik iedere telefoon-/ internet-/ social media-verslaafde willen aanraden dit boek te lezen. Omdat Eggers ‘hersenspinsels’ en de werkelijkheid helemaal niet (meer) zover uiteen liggen…

En voor de niet-lezers onder ons: het boek is verfilmd. Met hoofdrollen voor onder anderen Emma Watson en Tom Hanks.

14 maart 2018 gepubliceerd in de HS-krant.

donderdag 8 maart 2018

Gaatjes

We arriveerden pas om 15.11 uur. Terwijl we om 15.10 uur verwacht werden.

Te laat dus. Mijn schuld. Ik had 15.30 uur in mijn ‘systeem’. Zag al de hele dag tegen dat tijdstip op.

Een vergissing zonder erg, zouden de Vlamingen zeggen. Dat zagen we meteen. De wachtkamer zat stampvol. Het was dan ook niet veel later dat we het overbekende ‘het loopt iets uit’ hoorden.

We waren ondertussen gaan zitten. Op van die stoelen die net niet echt comfortabel zijn. Ik bladerde wat door een of ander lifstylemagazine (de editie november/ december), met een half oor bij de conversatie van andere wachtenden.

Ik wilde niet luisteren, maar werd ertoe gedwongen. Verder was er namelijk nauwelijks geluid. Geen achtergrondmuziekje, geen werkgeluiden. Slechts het omslaan van een krantenpagina of een zacht kuchen verbrak de stilte. En het gegiechel van de kinderen, die (uiteraard) hun telefoons paraat hadden.

Een half uur na binnenkomst waren we aan de beurt. “Geen gaatjes. Alleen wat tandsteen. Dat haal ik even weg”, luidde het verdict over mijn gebit.

En even later stonden we weer buiten. Ik had niet eens tijd gehad om alle gaatjes in het systeemplafond te tellen.

7 maart 2018 gepubliceerd in de HS-krant

donderdag 1 maart 2018

Online


“We gaan vooral heel veel doen”, zegt cursusleider Anita. Ze voegt al snel de daad bij het woord en stuurt ons weg. In tweetallen. Met de opdracht twee filmpjes te maken. Waarbij de één filmt en de ander vertelt wie hij of zij is en wat hij of zij hoopt te leren. En vice versa. Tijd om het spannend te vinden, is er niet. Met de billen bloot, heet dat.

Terug in de instructieruimte worden de filmpjes besproken. Cursusleider Anita benadrukt wat goed is, benoemt wat niet deugt en legt uit hoe een en ander beter kan. Ze beoordeelt wel, maar veroordeelt niet.

Dan is het tijd om te monteren. En opnieuw: meteen aan de bak. De uitdaging is een filmpje te maken met tenminste vijf shots en het liefst ook een quote. Paniek? Stress? Geen sprake van. Of misschien: geen tijd voor. Twintig minuten later moeten we terug zijn.

Wat volgt, is een kort (4 minuten en 58 seconden) door cursusleider Anita gemaakt instructiefilmpje over de app iMovie. Waarna we, ieder voor zich, aan de slag moeten met onze video’s. Aan de slag mógen. Want we willen door, vooruit, leren.

Amper vijftien minuten later we bekijken het resultaat. Cursusleider Anita toont zich enthousiast, stuurt bij waar nodig en vraagt ons voor de ‘terugkomdag’ een video te maken waarin we al het geleerde toepassen. We verheugen ons erop. Kunnen niet wachten. Hup. Gaan met die banaan!

Maar dat was vorige week. Vandaag is het stressen geblazen. Mijn filmpje is online… Met dank aan een heel geduldige Anouk Keizer.

28 februari 2018 gepubliceerd in de HS-krant.

donderdag 22 februari 2018

Op de voorgrond

Foto: Isa Jansen
Ik houd er niet van op de voorgrond te staan. ‘Waarom schrijf je dan een column?’, hoor ik u denken. IJdeltuiterij immers, zo’n column. Met nog een foto erbij ook…

Ik wilde er dan ook heel lang niet aan, heb het ruim vijftien jaar uitgesteld. Tot 4 januari 2012.

‘Mijn chef vindt dat deze krant een column behoort te hebben.’, schreef ik in mijn eerste column voor de Kanaalstreek. Vervolgens ontdekte ik het wel heel erg leuk te vinden mijn zielenroerselen te delen. Ik werd gedwongen over dingen na te denken. Er moest immers een column komen. Bovendien is de column een heel vrije vorm. Leuk om te doen naast interviews uitwerken en nieuwsartikelen schrijven.

‘Maar je traint toch ook een voetbalteam?’, zou u nog tegen mijn opening statement kunnen inbrengen. Klopt. Maar dat heb ik evenmin geambieerd. Wanneer er in de F’jes gewoon een trainer voor het team van mijn zoon was geweest, was ik er waarschijnlijk ook nooit aan begonnen.

Niet dat ik spijt heb. Want opnieuw bleek ik iets wat ik eigenlijk niet wilde, leuk te vinden. Omdat het toch wel heel dicht in de buurt kwam van zelf voetballen; voor mij het leukste dat er is (was).

Blijft overeind dat ik er niet van houd op de voorgrond te staan. We hebben daarom een heel slechte keuze gemaakt bij de aanschaf van een pup in de zomer van 2016.

Deze hond, een Siberische husky, trekt namelijk heel veel van bekijks. Van kleine kinderen bijvoorbeeld die haar aanzien voor een wolf. En van pubermeisjes die ‘aaah, een husky’ roepen. Maar ook van mensen die de zwarte tekening rond de ogen angstaanjagend vinden. Of van andere hondeneigenaren die haar dominante spel niet kunnen waarderen.

Een rondje lopen zonder op te vallen is er niet meer bij. Niets voor mij dus.

Maar ja, het is zo’n lief beestje, hè.

21 februari 2018 gepubliceerd in de HS-krant.

donderdag 15 februari 2018

Eigen parochie


Ik moet bekennen dat de verleiding best groot is in deze column voor eigen parochie te preken. Even een ‘stukje’ schrijven met de intentie er zelf wat beter van te worden.

Ik zou hier bijvoorbeeld in kunnen gaan op de erbarmelijke staat van het ruim een decennium geleden aangelegde en waarschijnlijk reeds lang afgeschreven kunstgrasveld van de voetbalvereniging waarvoor ik mij inzet. Vertellen over sportieve jongens en meiden van alle leeftijden met opmerkelijk veel rug- en liesklachten. Of over de inmiddels vertrouwde aanblik van enorme schaafwonden en de stiekeme weerzin van keepers ‘naar de grond te gaan’.

Of ik zou iets kunnen schrijven over de ontsluiting van mijn woonwijk. Die is zelfs na (bijna) veertien jaar – de wijk is al iets ouder, maar zo lang woon ik er – nog steeds (of liever: meer en meer, want er komen steeds meer bewoners) bij de wilde beesten af. Weggebruikers komen in alle verschijningsvormen – van voetgangers tot vrachtwagens – van alle, nauwelijks te overziene, kanten.

Maar dat doe ik niet. Om de schijn van partijdigheid te voorkomen. En omdat mijn woorden waarschijnlijk toch geen gewicht in de schaal leggen.

donderdag 8 februari 2018

Heintje Davids

Heintje Davids in 1969.
'Na vandaag wordt u op deze plek niet meer lastig gevallen met verhaaltjes over pupillenvoetbal, zere heupen, reorganisatieperikelen of puberende kinderen', schreef ik 6 mei 2015. Als gevolg van een reorganisatie verruilde ik de HS-krant die dag voor de Groninger Gezinsbode.
Nieuw beleid doet mij, als ware ik Heintje Davids, terugkeren naar de HS-krant. Uitgangspunt van deze nieuwe strategie is namelijk dat redacteuren 'maximaal worden ingezet in hun woongebied'. In mijn geval Hoogezand, ofwel de gemeente Midden-Groningen
Ik ben dus terug op het oude nest. Het is daarmee niet langer uit te sluiten dat het op deze plek toch weer zal gaan over voetbal (de pupillen van toen zijn nu junioren), zere heupen (nog steeds), reorganisatieperikelen (nooit uit te sluiten) en puberende kinderen (al is eentje volgens de wet bijna volwassen). Maar ook over heel veel andere onderwerpen. Ik houd mij aanbevolen voor tips. Mail ze naar hskrant@ndcmediagroep.nl.

Woensdag 7 februari 2018 gepubliceerd in de HS-krant.