woensdag 29 februari 2012

Ik deug wél

In De Wereld Draait Door gaf Claudia de Breij te kennen het ongepast te vinden schouderophalend te reageren op de gezondheidssituatie van Prins Friso.

Eigenlijk ben je, zo viel tussen de regels door te beluisteren, een slecht mens als je hierdoor niet van slag bent.

Sorry Claudia, mij emotioneert het niet. Ik heb simpelweg niet zoveel met (of tegen) ons koningshuis. Maar dat kan toch niet betekenen dat ik niet deug?

Misschien gek, maar het raakt mij als de linksback van FC Utrecht een dwarslaesie oploopt op de training.

Ik word boos als een in Musselkanaal opgroeiende jongen niet langer naar school in Ter Apel mag omdat hij toevallig een kind is van Afghaanse ouders.

Ik krijg een brok in mijn keel als ik hoor dat mijn buurvrouw niet meer te genezen is.

Wat kan mij Prins Friso dan schelen..!

woensdag 22 februari 2012

Thuiswerken of spijbelen

GroenLinks en CDA bepleiten het recht op thuiswerken en flexibele werktijden.

Ik heb dat recht al. En de mogelijkheden. Ik kan thuis hetzelfde als op kantoor. Bellen, mailen, in het redactiesysteem, op de website… Ik ben hier niet ongelukkig mee. Vrijdag was het bijvoorbeeld even noodzakelijk thuis te werken. Vrouw en dochter waren namelijk een weekendje naar Terschelling. Waardoor ik de zorg voor zoon en hond voor mijn rekening moest nemen.

Geen enkel probleem. Maar toch is het vreemd zo’n dagje thuiswerken. Het voelt als spijbelen ‘in de baas z’n tijd’ de was op te hangen en de hond uit te laten. Ook al weet ik dat ik op kantoor waarschijnlijk meer afgeleid word dan thuis, zoonlief gaat overdag immers gewoon naar school…

Overigens hebben zoon en ik er een echt mannenweekend van gemaakt; met voetbal, pizza en bier (Yoki)…

woensdag 15 februari 2012

Eindelijk weer op schaatsen

Slecht ijs, botte schaatsen én (vooral) een matige techniek leidden drie jaar geleden tot een zware val. Even dacht ik zelfs, net als op mijn achttiende, de kruisband van mijn linkerknie te hebben gescheurd. Dát viel gelukkig mee, maar ik hield maanden last. En mijn schaatsen? Nooit meer aangeraakt.

Tot vorige week. Aangemoedigd door de woorden van overbuurman Meindert – ‘niet schaatsen zou voor mij voelen als toegeven dat je oud wordt’ – en het verdriet van Erben Wennemars om het niet doorgaan van de Elfstedentocht, begaf ik mij donderdag op zolder. Daar lagen ze. Duidelijk herkenbaar aan de rood-witte veters, ooit gekocht in de rijwielzaak van Jan Popkes in Nieuweschans.

Zo stond ik, nadat ik ze vrijdag had laten slijpen, zaterdag eindelijk weer eens op mijn schaatsen. Met nog steeds te weinig technische bagage. Maar met heel veel plezier!

woensdag 8 februari 2012

Boer of geen boer

Ik ben een boer.

Tenminste, naar Randstad-maatstaven. Ik groeide op in (Bad) Nieuweschans, werd volwassen in Groningen, woon sinds 1999 in Hoogezand-Sappemeer en werk al tien jaar in Stadskanaal. Mijn leven speelde en speelt zich dus voor het overgrote deel af in ‘boerenland’.

Met echte boeren heb ik echter weinig van doen gehad. Ja, ik zat ooit met een boerenzoon in één voetbalteam, heb bij boerenzonen- en dochters in de klas gezeten en heb wel eens iets over boeren geschreven. Verder ben ik vooral onwetend.

Dat bleek vorige week maar weer eens, toen ik bij een temperatuur ver onder nul een en al boerenbedrijvigheid bespeurde op de landerijen langs de Kielsterachterweg. Ik had geen idee wat ze uitsprookten…

Conclusie: wie mij boer noemt, beledigt daarmee niet mij maar iedere echte agrariër. En ik geloof niet dat deze beroepsgroep dat verdient.

woensdag 1 februari 2012

Hardnekkig virus

Als kleine jongen heb ik een virus opgelopen.

Een hardnekkig virus. De gevolgen van deze besmetting laten zich nog steeds voelen; ik ben inmiddels 40.

Wees gerust. Het is niets ernstigs. Bovendien gaan de scherpe kantjes er, met het vorderen van de jaren, wel vanaf. Ik kan er dan ook prima mee leven.

Plotselinge stemmingswisselingen zijn echter nooit uit te sluiten. Binnen een mum van tijd van opgewekt en blij naar boos, chagrijnig of verdrietig. Of andersom. Nauwelijks te beheersen.

Gelukkig beperken deze stemmingswisselingen zich, in de regel, tot de weekenden. Incidenteel op vrijdag- of zaterdagavond, meestal op zondagmiddag.

Deze week was het weer zover. Ik voelde het aankomen, was ‘s ochtends al licht gespannen. Vervolgens ging het alle kanten op: van hoopvol naar teleurgesteld, van tevreden tot blij welhaast uitgelaten. Binnen anderhalf uur.

De naam van het virus: Feyenoord!